Waar de fuck zijn alle woorden gebleven, ik bedoel de woorden die er toe doen – en dan bedoel ik dus de woorden die er niet toe doen in het dagelijks leven, niet de zinnen, de formuleringen die langzaam ons collectieve brein in zijn gedreind en waarvoor kunstmatige intelligentie gelukkig alleen maar tijdwinst oplevert, waarom zou je godverdomme een paar uur bezig gaan om die miezerige marketingmeuk zelf te reproduceren – maar goed, wanneer las ik eigenlijk voor het laatst poëzie – ik bedoel sinds Kafka, sinds fucking Howl – die me volkomen onverwacht aan mijn haren uit het gestolde vet van loodgrijze maandagen sleurde en jarenlang de electrificerende onderstroom bleef van alles wat ik zong, schreeuwde, speelde, schilderde, schreef – waar zijn de fucking woorden die er toe doen? Op zoek, opnieuw, naar ziel en zaligheid.
Kintsugi
Op sommige dagen leek het alsof ik gedroomd werd: ik en mijn leven en iedereen die daarin voorkomt, alles wat ik meemaak en doe en elke gedachte daarover – gedroomd door iemand anders, die ’s ochtends tijdens het gedachteloze koffiezetten nog een heel specifieke sfeer in het hoofd heeft, maar zich de gedroomde gebeurtenissen zelf met de beste wil van de wereld niet meer voor de geest kan halen. Maar op andere dagen leek het of ik even uit een oneindige sluimer ontwaakte, en werd me een blik gegund op alle keuzes die ik maakte en niet maakte en de situatie waarin mijn acties, of vaker nog het uitstellen daarvan, me gebracht hadden. Soms was mijn huis een bescheiden paleis, soms was het een bouwval; soms vormde mijn werk een interessante carrière, even vaak klooide ik maar wat raak. Al met al leken mijn omstandigheden me niet veel af te wijken van die van de meeste andere mensen, wat op zichzelf weer afwisselend troostrijk en frustrerend kon zijn. Chaos en toeval, kortom, losse fragmenten, aan elkaar gelijmd met verhalen, verteld en onverteld. Misschien droomt de dromer van mijn leven van een leven als het mijne, als hij ’s ochtends op het balkon van zijn bouwval zijn koffie drinkt en een eerste sigaret rookt, terwijl de zon opkomt boven de daken van de stad en alles met goud omrandt – en voelt de droom heel even logisch, en mooi.
Non-existent
Vind maar eens de woorden die niet
iedereen al gebruikt of op zijn minst
een volgorde die recht doet aan je
onverwoestbare ijdelheid – alsof
alleen de letters zoals jij ze ziet en zachtjes
tegen de spiegel zegt de kracht bezitten
van bezweringsformules
…………………………….– terwijl je
het verrekt om op de knieën te gaan of
hoe dan ook de kop een keer in deemoed
te buigen – te bidden, as it were, tot ons
eindeloos tollende universum, dat zich
in zijn geheel bevindt in een perfect rond
bolletje stront, door de eerste de beste
mestkever over de gebarsten grond van
weer een andere wereld voortgerold
Vind maar eens de zin die niet
per seconde verandert, verdwijnt of
raadselachtig zwijgt
………………………..– liever staar je je
blind op het wit tussen de woorden alsof
de verlossing van al je voorgeprogrammeerde
dromen
………..(lentebries sprenkelt zonlicht op de bloesem van de appelboom /
je blote voeten in het hoge gras van een klein maar onbegrensd
paradijs)
…………zich zal openbaren in een flits – misschien
wanneer je voor het raam staat van je huurhuis op
drie hoog en mompelend het gestaag naderende
onweer vraagt of nee gelooft nee hoopt nee zeker
weet dat de bliksem
…………....…………..– niet-bestaande god van
chaos en toeval –
…………....………je zal herkennen en
schitterend en sidderend
omhelzen tot al je
atomen weer één met
het alles om je heen tot je
losse letters geen
woorden
………….– ha!
vergeet het maar
zo uitverkoren
ben je niet.
Rex
Iemand moet op mijn lippen bijten
iemand anders dan ikzelf en hard – tot het bloed op het shirt drupt,
inktzwart en in plaats van woorden.
Mating season, mating season!
Met meewarige blik op eigen bestaan
loens ik elke goeie kont na – geen borstenman
geen moedercomplex
geen brein geen lichaam geen bloed geen shirt
geen lippen geen woorden –
………………….. steeds minder chaos
……………………steeds meer esthetisch genot
……………………steeds meer geprevel tot de goede god
But The Lizard Brain! But The Lizard Brain!
Fuck het gevecht.
En:
Fuck de overgave.
Bijt mijn lippen stuk en ik stippel een ontsnappingsroute uit
verbind de punten tot een vijfsterrenverblijf in een
labyrint van mijn keuze of, beter nog:
via de versleten campingbistro en het
beeldschone meisje dat er une pression tapt terwijl ze
jou en je gezinspizza’s tot hooguit
kamertemperatuur opwarmt –
o, man
……………………steeds meer overzicht
……………………alleen nog maar esthetisch genot
……………………en ten slotte
……………………alleen nog maar geprevel
……………………tot de goede god
Exploded point of view
Ik groeide op tussen de grijnzende karkassen van duizenden auto’s
in achteloze ordening ter weerszijden van uitgeholde zandpaden
onderbroken door slordige stukken asfalt – de glazige blikken blind.
Ik groeide nog op en zag de verbrijzelde voorruit en het bloed donkerbruin
vastgekoekt op het dashboard maar
de stoelen waren nog goed.
Ik groei nog altijd op met mijn hals voor eeuwig vlak boven
de scherpste scherven in het rubber – ik kijk voor eeuwig verwonderd rond
in dit bevroren sterrenstelsel van glas en metaal boven verwrongen motorkap en vangrail –
zo lang ik blijf zweven heb ik de sleutel nog in de hand.
Sleutel dertien.
Pas bij thuiskomst zagen we de opgedroogde druppel bloed
in het gouden velours van de rugleuning maar verder
waren de stoelen nog goed.
Feiten en Fabels III
Je meent te weten dat je geboren bent, je meent te weten dat je bestaat – je hebt een lichaam, of misschien bén je een lichaam, misschien heeft je lichaam jou – misschien ís dat lichaam jou, maar tegen zijn zin – misschien heeft dat lichaam vrij van jou als je slaapt en droomt dat je het niet heb. Als je wakker wordt, trekt het lichaam zichzelf met moeite weer om je heen aan als een stugge oude jas, je merkt het als je in beweging komt.
Je meent te weten dat je bestaat, je meent te weten dat je meer bent dan de som der delen – het vlees, het vet, de botten en het brein, het brein dat je complexer denkt dan je technisch gezien bent – dat naast je fysiek nog een heel fantoomzijn verzint.
Je denkt te weten dat je bent, maar je kunt jezelf je aanwezigheid niet bewijzen – wie weet wat je brein zichzelf wijsmaakt? Waar ben je precies, bén je wel waar – je knijpt hem als een ouwe dief, knijp jezelf nog maar even niet. Misschien neem je alleen in je eigen en in ons brein tijd en ruimte in en besta je nog wat minder dan je zelf weet, als wij je straks weer vergeten – en jij hier nooit zult zijn geweest.
Geschreven voor en voorgedragen op theaterfestival Haags Kabaal, thema Fake News, in Theater De Vaillant, Den Haag op zaterdag 13 april 2019. Met dank aan Iraas Korver en Haags Theaterhuis.